11. Structuur hoofdstuk 1. Gen.1:1-31 De verzen, woorden en letters van het eerste hoofdstuk van de bijbel blijken te zijn ingedeeld met de getallen 3 en 7. Dit zijn de getallen die een hoofdrol vervullen bij de opbouw van de priem tabel van Perfecte Priemgetallen. De indeling van de 31 verzen van het eerste hoofdstuk is als volgt: 3 - 7 - (3x7) 3+7+21=31 Hierbij haalt de 21 zijn informatie uit de andere twee groepen. De eerste groep van drie verzen vertelt ons iets over het aantal woorden. Deze drie verzen bevatten namelijk 3x3x3=27 woorden. De tweede groep van zeven verzen vertelt ons iets over het aantal letters, deze verzen bevatten namelijk 7x7x7=343 letters. Deze twee groepen vertellen over het aantal woorden en letters in de derde groep van 21 verzen, maar dat vraagt van de lezer enig inzicht in de bijbelse rekenkunde. Om daar inzicht in te krijgen kunnen we het beste naar het eerste vers van de bijbel kijken: Gen.1:1
De zeven woorden van dit vers bevatten 28 letters, en waarvan het eerste woord 6 letters bevat. Zowel 28 als 6 is een driehoeksgetal, namelijk het driehoeksgetal van respectievelijk 7 en 3 (1+2+3+4+7+6+7=28 en 1+2+3=6) Buiten dit feit zijn het ook volkomen getallen dwz. dat de som van alle mogelijke delers, het getal zelf uitgesloten, gelijk is aan het getal. De delers van 28 zijn: 1, 2, 4, 7 en 14, de som is dus: 1+2+4+7+14=28.
De delers van 6 zijn 1, 2 en 3, de som is 1+2+3=6. Maar met dit getal is nog iets bijzonder aan de hand, want de vermenigvuldiging van de delers is ook 6: 1+2+3=6=1x2x3 We zouden het getal zes daarom Super Volkomen kunnen noemen, bovendien is de driehoek van zes 21 (1+2+3+4+5+6=21=3x7). Dit is ook het aantal letters van de frase: ‘In den beginne schiep God de hemel’. Tot daar zijn de cijfers van het getal Pi correct (zie de tijd en de cirkel). Nu vertelt het eerste vers iets over de indeling van de eerste drie verzen. Dit wordt zichtbaar gemaakt door middel van de ‘priemsprong’. Het 28ste priemgetal is namelijk 103 (P28=103). De laatste letter van het laatste woord van Gen.1:3 is letter 103, het is dus de maat van het aantal letters van de eerste drie verzen. Dit is het 27ste woord (3x3x3) van de bijbel en begint op zijn eigen priem (P27=101). Vers drie heeft 6 woorden. Dit komt overeen met de driehoekstelling van de vers nummers van de eerste groep van drie verzen: 1+2+3=6. Deze parallel is ook te vinden in de tweede groep van zeven verzen (Gen.1:4-10). Het laatste vers van die groep, vers 10, heeft 49 letters. Dit komt overeen met de driehoekstelling van de versnummers van die zeven verzen: 4+5+6+7+8+9+10=49. Met de dubbele priemsprong wordt het aantal woorden van de derde groep (21 verzen) vast gelegd: P6=11 en P11=29 D6=21 en 11x29=319 Groep 3 heeft 21 verzen en 319 woorden De tweede groep vertelt iets over het aantal van de letters in de derde groep. Het is de som 49 van de zeven versnummers die hier bepalend is: Driehoek van 49 is 1225(zie fig. boven) Groep 3 heeft 1225 letters We zien dat het aantal verzen uit de eerste en tweede groep bepalend is voor het aantal letters en woorden van de derde groep verzen. De som van de versnummers van de derde groep (Gen.1:11-31) is: 11+12+13+14+15+16+17+18+19+20+21+22+23+24+25+26+27+28+29+30+31=441 441 is het getal van de waarheid en tevens van de som van de 30 getallen in de tabel van Perfecte Priemgetallen. In de bovenstaande reeks van vers 11 tot en met 31 is vers 21 het middelste getal. De getallenwaarde van vers Gen.1:21 is 5834(2x2917) Dit getal heeft een relatie met de tabel van Perfecte Priemgetallen.
De som van de Super Perfecte Priemgetallen en hun ordenummers is: (1+2+3)+(1+2+3)+(1+2+3)=18, hetgeen 2x32 of 2x9 is. Het is dus zo dat (3x3=)9 getallen de getallenwaarde hebben van 2x9. Dit dubbele karakter wordt overgebracht naar de groep van (3x7=)21 getallen. De som van deze 21 getallen is 423. Als we de cijfers van dit getal tot zijn grondgetal optellen dan vinden we: 4+2+3=9.
De afstand van 423 tot de ‘waarheid’, ameth (441) is 18(of 2x9) De waarheid van een getal wordt uitgedrukt door de priem van een getal. De waarheid van 423 is dus in dit geval 2917. Omdat de som van de cijfers van 423 negen is en de af stand tot de waarheid 18 is, wordt de ‘waarheid’ van dit getal verdubbeld: 2917+2197=5834. Dit is de getallenwaarde van vers 21.
Ik kan niet direct nagaan of er ook een relatie is tussen de structuur van de tekst (gematria, letters, woorden, verzen, hoofdstukken, boeken) en de inhoud van de tekst. Mogelijk heeft deze structuur een gelijksoortige functie als de structuur in een sonnet. Een sonnet is opgebouwd uit veertien versregels, die in twee delen verdeeld zijn (bijv. twee strofen van vier en twee strofen van drie regels, of één strofe van twaalf en één van twee regels). Daartussen is er een omslag of wending (‘chute’), zodat er tussen de twee delen een spanning of tegenstelling bestaat. Hierdoor was het sonnet in de ogen van de Tachtigers uitermate geschikt om de vaak complexe gevoelens te vertolken. Ik meld dit even zodat het minder vreemd is in onze ogen dat er een onderliggende structuur te vinden is in de tekst van de bijbel. Waar het bij een sonnet vaak een ritmische functie heeft, zijn er bij de bijbel tekst meer mathematische structuren aanwezig. Deze mathematische structuren worden waarschijnlijk gebruikt omdat wiskundige realiteiten onveranderlijk zijn en dus onwrikbaar vast liggen en derhalve de waarheid vertegenwoordigen. Het kan nog wel even duren voor we een vollediger inzicht in de opbouw van deze structuren hebben, want deze zijn in de bijbel vele malen complexer dan in de poëzie. Nu rest mij nog het aantal woorden te verklaren van de tweede groep met zeven verzen. Er zijn 88 woorden in deze groep. De factoren van 88 zijn 8 (2x2x2) en 11. Deze getallen dienen gevonden te worden. En deze getallen moeten uit de eerste groep komen want die gaat over woorden. Voor de 11 is dat eenvoudig, want het 6de priemgetal is 11.
Voor de 8 ligt het iets gecompliceerder. Omdat zes een Super Volkomen getal is zijn er twee mogelijkheden om tot de zes te komen: 1+2+3=6 en 1x2x3=6. Hiermee kan het kwadraat van zes worden gevormd: 6x6=36. Echter 36 is ook de driehoek van 8 (1+2+3+4+5+6+7+8=36). Deze 8 is de andere factor. Bovendien kunnen de 28 éénheden van de driehoek van zeven door 36 driehoeken worden verbonden. Zo vinden we de factoren voor het aantal van 88 woorden van de zeven verzen. Hiermee is een deel van de structuur in het eerste hoofdstuk zichtbaar geworden.
Zoals ik een tabel heb gemaakt van perfecte priemgetallen zo kunnen we ook een tabel maken van Driehoeksgetallen (D) In de numerieke reeks(n) zoeken we dan ook weer de driehoeksgetallen en geven die een eigen nummer (nPD=nummer Perfecte Driehoek) Er blijken dan 6 Perfecte driehoeksgetallen in de reeks van 27 te zijn. De som van deze zes Perfecte Driehoeksgetallen is: 1+6+21+55+120+231=434 434 is de maat van het aantal woorden van het eerste hoofdstuk. En de driehoekstelling van de eerste drie verzen (1+2+3=6) bleek bepalend te zijn voor het aantal woorden in de tweede en derde groep verzen. Die 434 woorden beschrijven de zes scheppingsdagen.
434
is ook de getallenwaarde van het woord
deur, daleth,
Dit is een soort drievoudige bevestiging door Elohim, door 86. Ik heb op nog twee manieren gevonden van de bevestiging door 86, door God. Als we de factoren van de drie groepen verzen bij elkaar tellen dan is de som 86:
Als we de woorden van de drie groepen bij
elkaar optellen dan hebben we dus 434 woorden van het eerste hoofdstuk. Dit
getal 434 kunnen we als een rechthoek van 14 bij 31 éénheden uitdrukken. De
omtrek is dan ook 86. Voor het centrum blijft dan over: 434-86=348. Dit is de
getallenwaarde van het woord:
Elohim
is ook nog op een
andere wijze met het getal 434 verbonden. In het voorgaande voorbeeld omsluiten 86
éénheden de 434. Dit omsluiten of afsluiten kunnen we ook met de mem als sluitletter
uitdrukken, 1+2+17+19+34+38+323=434
Een ander fenomeen kan gevonden worden door voor de cijfers van 434 de woordnummers te nemen en de CV's van woord 4,3 en 4 in te vullen:
Het resultaat is
dat 888, 'Ik ben de Deur; indien iemand door mij ingaat, die zal behouden blijven; en hij zal ingaan en uitgaan, en weide vinden'.
© Frank Colijn 2005 |